Voorwaarden

In dit document treft u informatie omtrent lidmaatschap van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA) aan.

De voorwaarden die door de vereniging worden gesteld voor het (volwaardig) lidmaatschap zijn:

  • minimaal 5 jaar ingeschreven als advocaat op het tableau;
  • minimaal 500 uur per jaar hebben besteed aan strafzaken in het jaar voorafgaand aan het lidmaatschap;
  • minimaal 12 opleidingspunten op het terrein van het strafrecht hebben behaald in het jaar voorafgaand aan lidmaatschap;
  • de Specialisatieopleiding Strafrecht bij het WPI aan de Universiteit Utrecht, of de Leergang Specialisatie Strafrecht van de Vrije Universiteit hebben gevolgd of daarvoor vrijstelling van het bestuur hebben ontvangen. 

Vrijstellingsbeleid
Een vrijstellingsverzoek dient gemotiveerd aan het bestuur te worden gericht. Het is goed om hierbij aan te tekenen dat deze verzoeken streng worden beoordeeld. De reden hiervoor is dat in het verleden de opleiding uitsluitend door het Willem Pompe Instituut verzorgd werd. Er stonden toen 60 punten voor en dus een hoge tijdbelasting (met daarnaast veel huiswerk). De opleiding werd bovendien binnen 1 kalenderjaar gegeven waardoor de cursist dus eigenlijk 40 punten 'teveel' haalde. Ook de kosten waren niet gering en moesten meteen volledig worden voldaan. Deze waren voor menig advocaat niet eenvoudig op te brengen. Ook de tijdbelasting in samenhang met de praktijk en vaak een jong gezin bleek voor enkelen een struikelblok te zijn. Bij hoge uitzondering is in de loop der jaren aan enkele advocaten ontheffing verleend. Dit betrof strafrechtadvocaten met (uiteraard) ruime ervaring in het strafrecht en daarnaast (veelal) in de wetenschap). 

In 2017 is het bestuur van de NVSA in overleg getreden met het WPI over vermindering van het aantal uren en van de kosten, betaling van deze kosten in 2 termijnen en spreiding van de opleiding over twee kalenderjaren. Dit heeft tot resultaat gehad dat de opleiding in 2018 is teruggebracht tot 40 punten en dat deze gespreid wordt gegeven over 2 kalenderjaren, zodat men hiermee ook aan de door de NOVA vereiste 20 (PO) uren per jaar komt.  De kosten van de opleiding zijn daardoor fors omlaag gegaan en bovendien is betaling in 2 termijnen mogelijk.  De tijdbelasting is uiteraard ook verminderd. De opleiding wordt tot slot nu niet meer alleen door het WPI gegeven, maar ook door de VU waardoor er ook geen sprake meer is van wachtlijsten.

Dat betekent dat het bestuur sindsdien het beleid heeft dat er in beginsel geen ontheffingen meer worden verleend, ongeacht het aantal jaren ervaring, nu de struikelblokken voor het volgen van de opleiding als voorwaarde voor volwaardig lidmaatschap feitelijk zijn komen te vervallen. Dit betekent in beginsel dat slechts andere aspecten dan een ruime ervaring in de strafrechtadvocatuur een rol kunnen spelen. Hierbij moet gedacht worden aan bijzondere, voor de strafrechtpraktijk relevante docentschappen en (cumulatief) publicaties, lange ervaring als strafrechter (anders dan als rechter-plaatsvervanger) of als lid van het openbaar ministerie.

Opleidingspunten
Daarnaast dienen gedurende het lidmaatschap jaarlijks 12 opleidingspunten op het terrein van het strafrecht te worden gehaald en minimaal 500 uren per jaar aan strafzaken te worden besteed. Steekproefsgewijs zal er jaarlijks een controle plaatsvinden of aan deze voorwaarden is voldaan.
De mogelijkheid bestaat om aspirant-lid te worden (voor een periode van max. 3 jaar) indien u nog niet de specialisatieopleiding heeft gevolgd, maar overigens wel aan de bovenstaande voorwaarden voldoet. U dient zich dan wel te hebben aangemeld voor de specialisatieopleiding.

De contributie voor de NVSA bedraagt € 150 per jaar.